De coalitievorming van het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant is in volle gang. Uiteraard volgt BPG Vereniging Landelijk Brabant de ontwikkelingen op de voet. Aan de formateur hebben wij laten weten wat wij belangrijk vinden. Hieronder de kern van onze boodschap:
Voor BPG Vereniging landelijk Brabant is het duidelijk dat grond, en het gebruik van gronden, een
belangrijke bijdrage zal leveren aan de oplossingen die nodig zijn voor de diverse uitdagingen.
Hierbij is een integrale en gebiedsgerichte aanpak onontbeerlijk. Wij pleiten voor het inzetten van
zogenaamde ‘landschapsgronden’ als overgangszone tussen landbouw en natuur nabij kwetsbare
gebieden. Een groot deel van de gronden rondom kwetsbare gebieden worden op dit moment
voor landbouwdoeleinden ingezet. Door het inzetten van deze gronden als ‘landschapsgronden’
worden deze behouden voor de landbouw en kunnen ze worden ingezet voor de transitie van de
landbouw richting een grondgebonden en natuurgerichte agrarische sector die minder emissies
veroorzaakt. Voor BPG Vereniging landelijk Brabant staat hierbij voorop dat de kracht van
agrarische ondernemerschap en particulier eigendom wordt gerespecteerd. Wij geloven niet in
verplichte opkoop van agrarische bedrijven en het opzetten van een provinciale grondbank.
Grond moet bij de eigenaar blijven en eigenaren dienen te worden gestimuleerd om vrijwillig mee
te doen aan gebiedsprocessen.
Agrarische bedrijven die vrijwillig besluiten te stoppen moeten de mogelijkheid krijgen om
nieuwe activiteiten te ontplooien. Eén van deze mogelijkheden kan de ontwikkeling van een
nieuw landgoed zijn. Hierbij bestaat bij BPG Vereniging landelijk Brabant de wens om middels een
uitgewerkt plan volgens de ‘rood-voor-groen regeling’ rode functies te realiseren. Hiertegenover
staat de realisering van een aanzienlijk oppervlakte nieuwe natuur. Idealiter worden hierbij de
vrijkomende agrarische gronden ingezet als ‘landschapsgronden’, waarbij er sprake is van een
combinatie van natuur en landbouw. De totale oppervlakte kan in dat geval de status van een landgoed krijgen. Een stimulerende landgoederenregeling kan een bijdrage leveren aan de extensivering van de agrarische sector, realisering van natuur en bos en (kleinschalige) woningbouw. Op deze manier wordt er een bijdrage geleverd aan meerdere provinciale opgaven en heeft het een positief effect op de ruimtelijke kwaliteit van het landelijk gebied.
Namens BPG Vereniging Landelijk Brabant is bestuurder Frederik de Bruijne op 12 mei aanwezig bij een dialoogbijeenkomst met de informateur om te spreken over de inbreng van BPG en om kennis te maken met leden van Provinciale Staten